Lego

De Deense schaapherder die houten speelgoed sneed

Ole Kirk Christiansen (Vejle, Billund, 7 april 1891 – Ribe, 11 maart 1958)

In het bedrijfsalbum van de firma Lego staat een vreemd kiekje waar op de troosteloze venen van het Deense Jutland te zien zijn. Op de voorgrond zijn vijf mannen bezig met het steken van turf.

De jongste, achteraan, steekt de plaggen af, drie anderen wrikken ze verder los en de vijfde, vooraan, steunend op één knie, maakt de stapels. Het is oorlog, de Duitsers hebben Denemarken bezet.

Voor particulieren is geen brandstof beschikbaar en de bevolking is gedwongen met turf in haar energiebehoeften te voorzien. De man die knielt is Ole Kirk Christiansen, de stichter van de speelgoedfabriek Lego, een van de grootste ter wereld. In 1942 is Ole Kirk vijftig jaar oud.

Zijn leven is er een van armoede en rampspoed geweest en nieuw onheil moet nog komen.

De streek rond Billund, in het hartje van Jutland, met zijn moerassen, veengronden en heide, heeft de mens nauwelijks iets te bieden. Keuterboeren en pachters vechten er voor hun dagelijks bestaan. Vanaf zijn zesde heeft Ole Kirk op de heide schapen gehoed. Om als herder de tijd te verdrijven snijdt hij met zijn zakmes stokken en houten spulletjes. Hij heeft daar duidelijk aanleg voor en vanaf zijn twaalfde kan hij bij een oudere broer als schrijnwerker in de leer.

Hij trouwt in 1916 en begint voor eigen rekening te werken. De eerste grote bestellingen lopen binnen: het timmerwerk voor een kerk en twee zuivelfabrieken. In de wintermaanden maakt hij kleerkasten voor de boeren, bruidskisten, deuren en ramen die in de zomer nodig zullen zijn.

Het geld is krap.

In 1924 slaat het noodlot toe. Terwijl Ole Kirk en zijn vrouw op een zondag een middagdut doen, spelen twee van de jongens in het atelier met een brander om lijm te smelten.

Schaafkrullen vatten vuur en in een oogwenk staat het hele huis in lichterlaaie. Het gezin kan zich redden, maar woonhuis en atelier branden volledig af. Ole Kirk leent al het geld dat hij kan vergaren en begint opnieuw.

Maar de wereldwijde recessie slaat ook in Jutland toe en de economie klapt in elkaar. Eind 1931 moet hij zijn laatste arbeider ontslaan. Ole Kirk gooit het roer om. Hij maakt strijkplanken en van het afval snijdt hij miniatuurversies en stukjes speelgoed.

Hij lijdt armoe. Van ellende trekt hij zelf stad en land af om zijn houten eendjes en autootjes van deur tot deur te slijten. Weinig mensen hebben contant geld. Vaak wordt hij met levensmiddelen betaald.

In 1932 sterft zijn vrouw. Hij heeft vier kinderen, vier jongens van respectievelijk 15, 13, 12 en 6 jaar oud. De oudsten moeten als hulpje bij plaatselijke boeren aan de slag. De derde haalt hij als leerling in de zaak. In 1934 looft hij een fles wijn uit voor wie een goede naam voor het kleine bedrijf kan bedenken. Hij aarzelt tussen LEGIO, wat ‘veel’, ‘talrijk’ betekent, en LEGO, samengesteld uit de eerste twee letters van het Deense ‘leg’ en ‘godt’, in het Nederlands ‘spelen’ en ‘goed’. Hij kiest voor het tweede en beslist dat hijzelf de fles heeft gewonnen.

In 1942, kort na de tijd van het turfsteken, branden zijn ateliers opnieuw af. Maar Ole Kirk begint nogmaals van voren af aan.

Zijn zoon en opvolger Godtfred zou later zeggen: ‘Ik ben ervan overtuigd dat alleen zijn geloof in God, dat doorschemerde in alles wat hij deed, Ole Kirk Christiansen bij de viering van het 25-jarig bestaan van Lego in 1957 hem door alle ellende heen hielp.’

Na de oorlog duiken vanuit de Verenigde Staten allerlei nieuwe materialen op. Het is kenmerkend voor het genie van Ole Kirk Christiansen – hij was nauwelijks naar school gegaan en sprak alleen Deens – dat hij in plastic zo vroeg een toekomst zag.

Al in 1947 koopt hij zijn eerste machine om plastic vormen te gieten, onder meer voor een babyrammelaar.

Uit 1949 dateert een kleine tractor die de kinderen kunnen ontmantelen en weer in elkaar passen. Datzelfde jaar produceert hij onder de naam ‘Automatic Binding Bricks’ de eerste plastic bouwblokjes: eentje met vier noppen en een met acht.

Ze slaan pas aan als een warenhuis in Kopenhagen een grote bestelling doet. In 1956 opent Ole Kirk een vestiging in Duitsland. Hij overlijdt twee jaar later. De straatarme Deense schaapherder had het pad voor de wereldwijde verovering van de legoblokjes geëffend.

nl_NLNederlands